“De rol van een tandartsassistent is veel groter dan je denkt”
Angst voor de tandarts behoort tot een van de meest voorkomende angsten. Toch durft men er vaak niet of nauwelijks voor uit te komen, met als gevolg dat veel mensen in stilte lijden. Als tandartsassistent kan je van grote waarde zijn voor een angstpatiënt, weet tandartsangstbegeleider en opleider Ilse Vaessen (43). “De rol van een tandartsassistent is veel groter dan je denkt als het gaat om tandartsangst”, is haar overtuiging. Op de StandbyDag gaat ze uitgebreid in op het herkennen van en omgaan met angstige patiënten. In dit interview alvast een nadere kennismaking.
Tekst Ellen Smink | Leestijd: 5 minuten
Je leidt tandartsassistenten op in het omgaan met tandartsangst en begeleidt mensen die jarenlang niet naar de tandarts durfden. Wat is je drijfveer?
“Van nature ben ik een ‘zorger’. Dat staat absoluut in mijn DNA geschreven. Tien jaar lang was ik zelf tandartsassistent. Daarbij voelde ik altijd al veel compassie voor angstige patiënten. In de praktijk was ik voor een aantal van die patiënten de vaste assistente geworden. Toen ik ziek werd en langdurig uitviel, bleek dit voor sommigen een reden om een bezoek aan de tandarts lange tijd uit te stellen. Deze wetenschap voelde voor mij absoluut niet fijn. Ik ben toen gaan onderzoeken wat ik (onbewust) deed, dat angstige patiënten geruststelde en vertrouwen gaf tijdens een behandeling. Tijdens de opleiding voor tandartsassistenten wordt niet tot nauwelijks aandacht besteed aan het fenomeen tandartsangst, toch wilde ik hier heel graag meer over leren.”
Waar vond je de informatie?
“Uiteindelijk heb ik contact gezocht met professor dr. Ad de Jongh. Hij was onder andere als hoogleraar angst‐ en gedragsstoornissen verbonden aan de Stichting voor Bijzondere Tandheelkunde en het Academisch Centrum Tandheelkunde. Ik kreeg het privilege om een aantal van zijn lessen aan toekomstige angsttandartsen bij te wonen. Vervolgens heb ik mezelf op dit gebied verder ontwikkeld en ben ik cursusmateriaal voor tandartsassistenten gaan schrijven. In 2019 startte ik mijn eigen praktijk voor tandartsangst-begeleiding (‘Beginnen met Overwinnen’, red), waarin ik zowel angstige patiënten begeleid als tandartsassistenten en andere mondzorgprofessionals opleidt in hoe het beste om te gaan met tandartsangst in de praktijk. Ook werk ik al jaren samen met het platform ‘De Lieve Tandarts’, waarin tandartspraktijken verenigd zijn die weten hoe ze met tandartsangst moeten omgaan en het keurmerk dragen van ‘De Lieve Tandarts’. Via dit platform kunnen angstige patiënten laagdrempelig informatie krijgen. Ook kunnen zij zich aanmelden voor een kosteloos tele-mondzorgconsult, waarin hulp wordt geboden bij angst en het vinden van een geschikte tandarts(praktijk).”
“Het contact met patiënten is intensiever dan ooit tevoren. Daarom is het des te belangrijker om kennis te hebben van tandartsangst.”
Op jouw website lezen we dat 50 tot 80 procent van de Nederlanders angst voor de tandarts heeft. Waarom wordt er in de opleiding voor tandartsassistenten dan zo weinig aandacht aan besteed?
“Er zit wel wat beweging in. Ik heb over dit onderwerp al een aantal gastcolleges mogen geven aan de opleiding voor tandartsassistenten bij het Koning Willem I College in Den Bosch. Maar over het algemeen wordt er binnen de tandartsassistentenopleiding jammer genoeg geen specifieke lesstof over dit onderwerp aangeboden. De rol van een tandartsassistent is echt veranderd. Het werk is de afgelopen jaren steeds omvangrijker geworden, het contact met patiënten is daardoor ook intensiever. Daarom is het des te belangrijker om kennis te hebben van tandartsangst. Wat is het, wat doet het en hoe ga je hier in praktijk mee om?”
Hoe komt het dat zoveel mensen angst voor de tandarts hebben?
“Een tandartsbezoek wordt veelal geassocieerd met vervelende, pijnlijke ervaringen. Soms is er angst omdat ouders angstig waren, door enge verhalen van anderen of door het gevoel van machteloosheid tijdens een behandeling. Vaak wordt door patiënten gedacht dat tandartsangst kinderachtig is en dat men zich aanstelt. Dat probeer ik altijd te nuanceren door dit in perspectief te plaatsen van hoe angst in ons brein werkt. Natuurlijk is het een gedachtegang, maar het is ook een soort van chemisch fabriekje dat daarachter zit. Dat maakt dat je een (vals) alarm krijgt waardoor onder andere eerdere, vervelende gebeurtenissen (trauma’s) opnieuw op de voorgrond treden.”
“Vervelende of lastige patiënten worden snel als zodanig beoordeeld, begrijpelijk, maar niet helpend.”
Hoe herken je tandartsangst?
“Het eerste contact van een patiënt is vaak met de (balie)assistent. Zij of hij zou zich bij elke patiënt ervan bewust moeten zijn dat er sprake kan zijn van tandartsangst. Dit kun je onder andere opmerken door goed te kijken naar iemands lichaamstaal. Soms kun je het ook beluisteren in iemands stem of voel je het aan de klamme hand die je schudt. Er zijn dus verschillende dingen waar je het aan kan merken. Het kan ook zijn dat patiënten een soort defense-mechanisme vertonen en een beetje of soms flink in de weerstand staan. Dan zijn ze niet fijn in de omgang. Dat hoeft natuurlijk niet altijd tandartsangst te zijn, maar het is wel goed om bij de mogelijkheid stil te staan en daarop te anticiperen als het wel zo is. Vervelende of lastige patiënten worden snel als zodanig beoordeeld, begrijpelijk, maar niet helpend. Het gaat dus ook om je eigen gedrag en hoe groot je inleving en draagvlak voor de ander is. Om angstige patiënten goed te kunnen begeleiden, moet je uit je eigen oordeel weten te blijven. Dit helpt om open te blijven staan voor de patiënt, ook al is dat soms erg lastig. Deze bewustwording is wat het meeste helpt.”
Hoe kan je als tandartsassistent angstige patiënten bijstaan?
“Je bent er natuurlijk om de tandarts te assisteren, maar een belangrijke taak is ook het zorgdragen voor de patiënt. Wees je bewust van het feit dat angstige patiënten jou vaak tot bondgenoot proberen te maken. De uitspraak ‘ik heb het net al tegen de assistent gezegd’ is een veel gehoorde opmerking tegen de tandarts. Patiënten met tandartsangst durven vaak makkelijker dingen te uiten als ze even alleen met de assistent in de kamer zijn. Het is veel laagdrempeliger om het aan de assistent te ventileren, want die is niet degene die hen daadwerkelijk zal behandelen of mogelijk pijn gaat doen. Daarom zoeken zij een bondgenoot in de assistent, als een soort van ankertje dat ze bij zal staan tijdens de behandeling. Met de hoop dat jij naast ze staat, ze met jou afspraken kunnen maken en dat jij ze bijstaat als de tandarts dit of dat doet?. Ze betrekken je erbij en proberen een bepaalde band te creëren: Durf jij dan als assistent naast je patiënt te gaan staan en samen met de patiënt en de tandarts helpende en duidelijke afspraken te maken, bijvoorbeeld dat een opgestoken hand stop is, maar dan ook echt stop?”
“De route naar zitten in de tandartsstoel kent voor angstpatiënten hoge drempels, dit levert hen vaak veel stress op.”
Wat kunnen we in de tandartspraktijk nog meer doen om angstige patiënten te helpen?
“In mijn cursussen heb ik het onder andere over anticipatieangst. Dat is angst voor wat er zou kunnen gaan gebeuren. Mensen met angst voor de tandarts ervaren vaak al angst alleen al bij de gedachte dat ze naar de tandarts moeten. De route naar zitten in de tandartsstoel kent voor angstpatiënten hoge drempels. Dit levert hen vaak veel stress op. Dat begint bijvoorbeeld al bij het maken van een afspraak aan de telefoon en gaat een hele keten door. Bij veel spanning gaan stresshormonen opspelen. Deze zorgen ervoor dat onze alarmbel gaat rinkelen omdat er mogelijk gevaar dreigt. Het is dus belangrijk om de spanning laag proberen te houden. Een goed op elkaar afgestemd behandelteam dat kennis heeft van tandartsangst en hoe hiermee om te gaan, geeft een veilig gevoel aan de patiënt. Het maken van duidelijke afspraken met de patiënt over wat gewenst is of juist niet geeft een gevoel van eigenwaarde en ook dat blijkt zeer helpend in de praktijk te zijn.
Hoe ziet jouw ideale tandartspraktijk eruit?
“Mijn ideale praktijk ziet eruit als een fijne ruimte met een warme uitstraling, waar een kalmerende geur zich verspreidt; geur doet namelijk veel in ons brein. De praktijk heeft een balie met overzicht op de wachtkamer, zodat de balie-assistent makkelijk contact kan maken en houden met patiënten. Er zijn mogelijkheden om een angstige patiënt afleiding te kunnen bieden tijdens het wachten en de behandeling. Het blijkt in de praktijk ook zeer succesvol te zijn om bij de intake van een nieuwe patiënt, de wens en behoefte uitgebreid uit te vragen en hiermee een goede match te maken met de best passende tandarts binnen de praktijk. En ja, natuurlijk zou ik graag zien dat men in elke tandartspraktijk meer geschoold zou zijn in het herkennen van en omgaan met tandartsangst.”